Dalende leerlingenaantallen en veranderingen op de arbeidsmarkt maken een meer regionale gezamenlijke benadering van het onderwijsaanbod noodzakelijk.
Scholen (vo en mbo) staan samen met arbeidsmarktpartijen voor de uitdaging hier gezamenlijk hun verantwoordelijkheid in te nemen en het beroepsonderwijs meer als één geheel vorm te geven. Hiermee blijft voor de jongere een goed en toegankelijk onderwijsaanbod overeind.
In 2020 zullen alle regio’s een functionerend samenwerkingsnetwerk hebben ingericht binnen alle sectoren.
Vmbo’s en mbo’s in de regio maken hiervoor onderling afspraken en bouwen voort op bestaande netwerken. Sterk beroepsonderwijs stelt de komende jaren informatie over vmbo-mbo-arbeidsmarkt in de regio beschikbaar, deelt goede voorbeelden en steunt regionale activiteiten (o.a. netwerkbijeenkomsten). Overige maatregelen vanuit de overheid, zoals de kwaliteitsagenda’s van mbo’s, het vervolg van het Regionaal investeringsfonds mbo (RIF) en de investering in behoud van vmbo techniek zijn tevens een impuls voor deze regionale samenwerking.
Op deze website vindt u inspiratievoorbeelden van samenwerking in de regio, maar ook cijfers: waar stromen ‘mijn vmbo-leerlingen naar toe’. Cijfers die soms anders zijn dan scholen verwachten en bijv. leiden tot een ander aanbod van beroepsgerichte keuzevakken.
Daarnaast vindt u op de website allerlei samenwerkingsverbanden in Nederland. Staat uw samenwerkingsverband er niet bij, of is de informatie over uw samenwerkingsverband gedateerd, neem dan contact met ons op, dan wijzigingen we dit zo snel mogelijk.
Tijdens het webinar ‘Bouwen aan sterk beroepsonderwijs’ van 8 maart stond de praktijk centraal. Cock Wielaard, beleidsmedewerker onderwijs van Lentiz onderwijsgroep vertelde hoe op twee locaties van Lentiz in totaal ongeveer 100 leerlingen een speciaal traject volgen van vmbo-TL, naar mbo en hbo.
De penvoerder van een regio die deelneemt aan de VABOK-regeling moet jaarlijks een inhoudelijke voortgangsrapportage indienen bij DUS-I. De eerste verantwoording moet in december 2024 worden ingediend. Hiervoor komen kaders van DUS-I. De penvoerder wordt hierover geïnformeerd. De voortgangsrapportage hoeft geen financiële verantwoording te bevatten.
Aan het eind van de subsidieperiode moet een verantwoording worden ingediend. Het gaat hierbij om een zogenaamde G1 verantwoording. Dat betekent dat verantwoord moet worden of voorgenomen activiteiten zijn uitgevoerd, niet of al het geld zoals begroot is uitgegeven. Als er geld overblijft dan mag dit, zonder vooraf toestemming daarvoor te vragen, aan andere, onderwijsgerelateerde activiteiten worden uitgevoerd. Bij een G1 verantwoording hoeft er geen geld terug betaald te worden of eindrekening ingediend te worden.
Voor de VABOK-regeling geldt dat de implementatie van de activiteiten in het kader van de subsidie voor het eind van de subsidieperiode in gang gezet moet zijn.
Ja, dat mag. U kunt dan alvast kennis opdoen voor een latere subsidie aanvraag. Als er een beperkt aantal plaatsen is, geven we wel voorrang aan instellingen die al met de subsidie aan de slag zijn.
De subsidie regeling ziet ook op de doorstroom binnen de mbo-instelling.
In ieder geval moet de hbo-opleiding opleiden tot een beroep in een tekortsector. Er zijn opleidingsroutes waarbij de opleidingen wel inhoudelijk aan elkaar verwant zijn, maar de mbo-opleiding niet opleidt tot een beroep in de tekortsector. Bijvoorbeeld docent lichamelijke opvoeding. De Opleiding tot Leraar van de eerste graad in Lichamelijke Opvoeding valt onder de tekortsector onderwijs, de opleiding Sport en bewegen onder de sector zorg, welzijn en sport. Deze opleidingsroute valt wel onder de subsidievoorwaarden.
Nee, er is geen format voor de samenwerkingsovereenkomst voor de Subsidie versterking beroepskolom.
Op het vmbo alvast wat proeven van het mbo, geen examens meer hoeven doen en schakelprogramma’s die aansluiten op werkgelegenheid in de regio. Volgens het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap moet de overgang van het vmbo naar het mbo flink op de schop. Wat vinden mbo-studenten van die maatregelen?